Duivenvoorden, Duivenvoorde, Duijvenvoorde, van Duijvenvoorde
Boeren, jachtopzieners en schelpenvissers.
Introductie.
Geschiedenis is voor de meeste mensen iets uit boekjes, soms zij er nog wat herinneringen aan spaarzame lessen op school. De één vindt het leuk, de ander gruwelt ervan. Met de kennis over het verleden is het bij veel mensen bedroevend gesteld. Napoleon vocht niet tegen Willem van Oranje zoals sommigen denken; de VOC was geen rederij maar de eerste multinational waarin mensen konden participeren. En niet in elk Hollands huis hing een Rembrandt of Vermeer. Er is dus genoeg reden voor de overheid om in de 21e eeuw meer aandacht aan ons verleden te besteden. De vraag is of je dat moet doen door het opstellen van canons met de belangrijkste gebeurtenissen of personen uit onze vaderlandse geschiedenis. Dat bevordert het “cherrypicking” zoals de Engelsen dat zo mooi uitdrukken. Alleen dat uit de geschiedenis plukken wat past in je eigen straatje. De praatprogamma’s en opiniebladen laten elke dag nieuwe voorbeelden zien. Daarmee doe je geen recht aan de complexiteit van de samenleving in voorbije eeuwen.
Het uitpluizen van je eigen stamboom helpt om een beter beeld te krijgen van verhoudingen en ontwikkelingen in het verleden. Het helpt om het leven van eigen voorouders te plaatsen in het grote gehele van de vaderlandse historie. En het levert detail informatie over de Duivenvoordens en andere families, die eeuwenlang in de Bollenstreek wonen.
De komst van internet heeft geleid tot groei van het aantal mensen dat de eigen stamboom natrekt. Logisch, want de uitwisseling van informatie is gemakkelijker geworden. In het verleden moest elke voorouder nageplozen worden in stoffige archieven en om die te bezoeken zijn heel wat kilometers afgelegd. Nu kan je hetzelfde bereiken met het klikken van de muis. De werkwijze is onveranderd, het gemak aanzienlijk groter. En aangezien veel oude documenten nog gedigitaliseerd zullen worden, neemt de toegankelijkheid van het verleden nog verder toe.
Dat neemt niet weg dat er keuzes gemaakt moeten worden binnen de informatie die nu te vinden is. Er zijn mensen die uitgebreide stambomen opzetten, met vertakkingen in vele families. Anderen menen al op voorhand dat zij adellijk bloed bezitten en in hun stamboom komt dan ook vroeg de onvermijdelijke baron, graaf of hertog opduiken. Men graaft door tot in het rijk van Karel de Grote en sommigen komen zelfs uit bij de Romeinen. Dat is knap als je weet hoe weinig informatie er op zich beschikbaar is over bijvoorbeeld de Middeleeuwen. Twintig generaties terug had u meer dan een miljoen verschillende voorouders, daar zit altijd wel een adellijk persoon tussen. Maar men legt zichzelf blijkbaar graag aan het adellijk infuus voor een portie blauw bloed.
Blauw duivenbloed?
Het is maar de vraag of het zo interessant is om te weten of er adel in de familie zit, want wanneer heb je blauw bloed? De Nederlandse adelsvereniging houdt, uit zelfbehoud, normen aan met betrekking tot adellijke afstamming. Dat is maar goed ook want de adellijke heren blonken uit in sportief seksueel gedrag en op een bastaardje meer of minder werd niet gekeken. Zo is Willem van Duvenvoirde, één van de rijkste mannen in het Europa van de 14e eeuw, de vader van minstens twaalf bastaardkinderen.
Zelf was hij ook een bastaardkind van Filips van Duivenvoorde, maar door zijn verdiensten – lees: diplomatiek, tactisch en/of sluw gedrag, geld en landbezit – is hij in de adelstand opgenomen.
De adellijke familie Duvenvoirde, waartoe deze Willem Snickerieme (de Roeispaan) behoorde heeft gedurende honderden jaren een belangrijke rol gespeeld in ons landje. Zij was betrokken bij de Hoekse en Kabeljauwse twisten en behoorde in deze politieke machtsstrijd tot het kamp van Jacoba van Beieren, het kamp der Hoeken. Met name tijdens de tachtigjarige oorlog zien we de adellijke Duivenvoordes/Wassenaeren letterlijk en figuurlijk aan het front. Bij het bestuderen van hun rol struikel je bijna over de Jannen, Arents, Dircken, Jacobs en Gijsberts, katholiek of hervormd. Duivenvoordes waren bij de inval van Den Brielle, vochten prominent mee tijdens het verloren beleg van Haarlem en het beroemde ontzet van Leiden. Admiraal van Holland Van Duivenvoorde was bij de blokkade van de haven van Antwerpen, van cruciaal belang bij de nederlaag van de Spaanse Armada in 1588. En ga zo maar door.
Dankzij hun rol in de geschiedenis, het geld en bezit kom je hun namen in grote delen van Nederland tegen als gezichtsbepalende personen in de geschiedenis van een dorp of stad. Voor ons herkenbaar in de vele straten en wijken die hun naam dragen! En ook bij de hedendaagse bescheiden dragers van dezelfde achternaam wordt het eergevoel gestreeld bij het zien van die naam op al die bordjes.
Maar genoeg over de adellijke naamgenoten, want om iedereen uit de droom te halen: de nu levende Duivenvoordens, uit de enige familie op deze wereld met die achternaam, zijn niet van adel, althans er zijn geen bewijzen dat zij op één of andere wijze verwant zijn aan het adellijke huis Duvenvoirde, dat onder die naam nog tot in de 18e eeuw heeft voortbestaan en zich in haar laatste eeuwen weer naar de hoofdtak Van Wassenaer is gaan noemen.
De achternaam zou door voorouders aangenomen kunnen zijn, anders gezegd “geadopteerd”, als resultaat van één of andere relatie met het kasteel in Voorschoten. Zo’n toponiem zoals dat genoemd wordt was niet ongebruikelijk enkele eeuwen terug. Locale voorbeelden zijn de namen Duyndam en Langevelt, ontstaan in Noordwijk en Noordwijkerhout.
De naam Duivenvoorden.
Wat informatie over de naam Duivenvoorden zelf. Zoals bekend wordt de naam in Noordwijkerhout en omgeving op meerdere manieren geschreven en daarnaast zijn er ook nog de historische schrijfwijzen, maar allen refereren aan het kasteel uit Voorschoten, dat er al in 1225 stond. We kennen dus o.a. Duivenvoorden(n), Van Duivenvoorde, Van Duijvenvoorde, Duyvenvoorde, Duvenvoorde, Duvoort, Duvenvorde en Duvenvoirde.
Volgens informatie van het Meertens instituut waren er in Nederland in 2007 circa 2600 mensen die Duivenvoorden als naam droegen, in één van de bovenstaande schrijfwijzen. Daarnaast zijn er in veel andere landen vertegenwoordigers van dezelfde familie te vinden, van een Bisschop in Nieuw-Guinea tot een prominente veeboer in Canada. Maar ondank 3-4.000 dragers van de achternaam wereldwijd blijft het een kleine familie.
Er zijn over de herkomst van de naam uiteenlopende theorieën. De etymologische benadering (=woordherleiding) gaat er van uit dat de naam Duivenvoorde een verbastering is van de woorden Dievenvoorde of Dievoorde, die net als Dievoort afgeleid zijn van het Keltische Divoritum (Devoritum), hetgeen zou duiden op een plaats gewijd aan een god of godin. Een andere uitleg is dat de naam Duivenvoorde gevormd is door koppeling van de namen van twee riviertjes of stroompjes, waartussen het kasteel gelegen is, de Duve (of Dobbe) en de Voor. Maar logischer is dat het veelgebruikte achtervoegsel “voorde” hier gekoppeld is aan het riviertje de Duve, dat dicht langs het kasteel loopt. Een “voorde” is een doorwaadbare plaats in een beek of rivier; er zijn veel namen waarin “voorde” een combinatie vormt met een ander woord, denk aan Steenvoorde, Lichtenvoorde, Vilvoorde, Amersfoort, Coevorden maar ook Oxford.
In lijn hiermee, maar minder voor de hand liggend, is het idee dat het woord Duve verwijst naar een duif of duiven. In dit geval zou het dus moeten gaan om een voorde, bekend van de duiven die er vertoefden. Deze creatieve uitleg sluit echter wel mooi aan op de huidige schrijfwijze van de naam waarin het vliegende vredessymbool een belangrijke rol speelt.
Voor de huidige naamdragers blijft alleen van belang dat de achternaam refereert aan het kasteel en de daaraan verbonden adellijke familie zonder verdere verwantschap.
Verspreiding van de naam (van) Dui(j)venvoorde(n)
Het Meertensinstituut houdt gegevens bij van de ontwikkeling van de familienamen in ons land. Over 2007 is een tussenstand opgemaakt en is de spreiding van de vele families over het land prachtig in kaart gebracht. Voor de familie Duivenvoorden in de diverse schrijfwijzen ontstaat dan het volgende plaatje:
Schrijfwijze | Aantal | Concentratie | Bijzonderheden |
Duijvenvoorde | 37 | ||
Van Duijvenvoorde | 726 | Katwijk: 468 | |
Van Duyvenvoorde | 5 | ||
Duivenvoorde | 593 | Noordwijkerhout: 210 | Bollenstreek |
Duivenvoorden | 1017 | Noordwijkerhout: 214 | Bollenstreek |
Van Duivenvoorde | 229 | Heemskerk: 85 | Noord-Holland |
Totaal | 2607 |
In onderstaand kaartje de spreiding in beeld
In 2009 concludeerden Jacques Duivenvoorden en Maarten van Duijvenvoorde, twee genealogen, dat de families Duivenvoorde(n) en Van Duijvenvoorde verwant zijn via voorvader Arij Janszoon van Duivenvoorde, wiens kleinzoon Jan Ariszoon naar Katwijk trok om daar te trouwen met een Hervormde Vrouw. In Katwijk vormde zich een grote tak van de familie. Ongeacht de schrijfwijze vormen alle Duijvenvoordens op deze aardbol dus 1 familie. In het buitenland komen we dan ook op allerlei plaatsen de familienaam tegen.
Maar er is een uitzondering op deze regel. Bijzonder is een Surinaamse familie met de naam Van Duijvenvoorde. In 1863 – afschaffing slavernij in Nederland – vond de zogenaamde emancipatieslag plaats waarbij alle vrijgemaakte slaven in kaart werden gebracht, zoals wonend in Paramaribo of op de plantages. Zij krijgen op dat moment naast hun slavennaam ook een eigen familienaam, waarbij gebruik is gemaakt van Nederlandse familienamen, maar ook van plaatsnamen. Op de plantage Maagdenberg woonden een 6-tal slaven die de naam van Duijvenvoorde droegen, op een andere plantage vinden we in de archieven nog een drietal Duivenoordes. Mogelijk is bij hun registratie de letter V spontaan weggevallen. De huidige Creoolse Duijvenvoordens die in Amsterdam wonen zijn nazaten van Klaas Lambertus of Jacobus Jan van Duijvenvoorde, als slaaf geboren op plantage Maagdenberg rond 1827. (Informatie uit onderzoek Bert Hogervorst/JD)
Maar ook al mogen we dan het kenmerkende deel van het familiewapen niet voeren, drie zwarte sikkels (wassenaren) op gouden achtergrond, zoals in de vlag van de gemeente Voorschoten, dit neemt niet weg dat de eigen stamboom interessant kan zijn. Bijvoorbeeld om de vraag te kunnen beantwoorden waarom er zoveel Duivenvoordens in Noordwijkerhout wonen. Of wat onze voorouders als beroep hadden, hoe hun naam geschreven werd, waar zij precies woonden en hoe groot de veronderstelde armoede waarin zij leefden werkelijk was. Was er misschien toch nog wel wat geld en bezit in de familie? En welke parallellen kunnen er getrokken worden tussen de ontwikkeling van onze familie en die van Nederland als staat en volk?
De stamboom Duivenvoorden, 11 generaties terug vanaf Tom Duivenvoorden (21-08-1990)
Voorvader | Leeft van: | Getrouwd met: | Kinderen | |
1 | Jan Pieterszoon kalkbrander | 1581-1638 | Marijtje Andriesdochter | 5 |
2 | Jan Janszoon | 1621-1687 | Maertje Hendricksdr van Leeuwen | Wrs 3 |
3 | Arie Janszoon (de Lapper) | 1645-1724 | Maertje Ariensdr Gardijn Marijtje Paulusdr ’s-Gravenmade Baafje Pietersdr Wassenaar | 6 0 3 |
4 | Gerrit Arijszoon | 1678-1756 | Anna Bancrasdr Uijttenhoven | 14 |
5 | Dirk Gerritszoon | 1727-1811 | Marijtje Pietersdr van der Hans Marijtje Willemsdr van Eeningen | 11 6 |
6 | Jacobus Dirkzoon | 1763-1834 | Emarentia Hendriksdr Kortekaas | 15 |
7 | Pieter Jacobszoon | 1798-1878 | Jannetje Groot | 5 |
8 | Jacobus | 1828-1891 | Anna van Duyn Maria van der Ploeg | 9 9 |
9 | Johannes | 1869-1956 | Neeltje Vaneman | 9 |
10 | Gerardus | 1910-1975 | Margaretha van den Berg | 9 |
11 | Johannes | 1958 | Elisabeth van den Bosch | 1 |
12 | Tom | 1990 |
De eerste twee generaties zijn cursief weergegeven. Deze vader en zoon woonden in Leiderdorp. In deze internetstamboom wordt uitgegaan van de stevig onderbouwde stelling/theorie dat Jan Janszoon de vader was van Arie Janszoon uit generatie 3. Als onderzoeker ben ik overtuigd van de juistheid van genoemde voorvaders, maar respecteer ook de regels rond bewijsvoering uit de wetenschapsfilosofie en behandel de vondsten daarom nog als theorie. Zie de desbetreffende generaties.
Alternatieven worden onderzocht. Zo is er een Jan Janszoon Duijvenvoorden die midden 17e eeuw een huis had aan de Breestraat in Leiden. Dat zou ook nog wel eens Jan Janszoon de schulpvoerder geweest kunnen zijn, we weten dat (nog) niet. Wordt vervolgd.